Oneindigheid
Muziek/tekst: Rolf Kramer, april 2006
Verschenen op de CD "Onderhuids" (2009)
Lied 23
Vanmorgen werd ik wakker
bij het allereerste licht
Er vielen zonnestralen
zacht op mijn gezicht
En ik voelde de lente al gloeien
bloeien
stormachtig ongeremd
Vannacht lag ik nog in het gras
met een fles goedkope wijn
Ik wilde zo graag één
met de sterrenhemel zijn
En honderdduizend lichtjes die dansten
glansden
veerkrachtig in de lucht
En ik ben mezelf toen kwijtgeraakt
al mijn gedachten zijn zoekgeraakt
Wie ben ik
en waar ga ik heen?
Eén met de stilte
zo zielsalleen
Voorzichtig keek ik naast mij
in het hoge gras
En ik was zo blij te zien
dat ik hier niet alleen was
Jij lag hier met mij aan het water
later
leek steeds dichterbij
En ik ben mezelf toen kwijtgeraakt
al mijn gedachten zijn zoekgeraakt
Wie ben ik
en waar ga ik heen?
Eén met de stilte
zo zielsalleen
Maar ik was niet echt alleen
nee, ik was niet echt alleen
want jij lag aan mijn zij
Samen lagen wij
alleen
in de oneindigheid
lagen wij